Griep wordt veroorzaakt door het influenzavirus en heet daarom ook ‘influenza’.  

Griep is een besmettelijke ziekte die zich snel verspreidt. Elke winter krijgt gemiddeld één op de tien mensen griep. U kunt elk jaar opnieuw griep krijgen. Als veel mensen tegelijk griep hebben, noemen we dat een griepepidemie.

Echte griep wordt vaak verward met een ‘gewone’ verkoudheid.

Aangezien griep momenteel aardig de ronde doet publiceren we hieromtrent extra informatie.

Hoe ontstaat griep?

Griep ontstaat door het influenzavirus. Dit virus zit in de luchtwegen en veroorzaakt daar een infectie, die ook gevolgen heeft voor de rest van het lichaam. Het virus zit in druppeltjes snot, slijm en speeksel en wordt gemakkelijk via de lucht of via de handen overgedragen. Bijvoorbeeld door hoesten, niezen of praten, of door iemand de hand te geven.

U raakt besmet als u het virus inademt of wanneer het virus via uw handen in uw neus of mond komt. Het virus verspreidt zich in uw hele lichaam, waardoor u klachten krijgt.

Wat zijn de verschijnselen van griep?

Griep begint vaak plotseling met hoge koorts en koude rillingen. Meestal krijgt u keelpijn, hoofdpijn en spierpijn in het hele lichaam. Verkoudheid en droge hoest horen er ook bij. U kunt zich behoorlijk ziek voelen door griep.

Griep gaat meestal vanzelf over. De koorts en pijn verdwijnen na drie tot vijf dagen. Het kan een paar weken duren voordat u zich weer helemaal de oude voelt.

Risicogroepen voor griep

Sommige mensen lopen meer risico om ernstig ziek te worden door de griep. Zij behoren tot een ‘risicogroep’. Risicogroepen zijn bijvoorbeeld:

  • Mensen met een hart- of longziekte of met suikerziekte (diabetes): hun ziekte kan erger worden door de griep.
  • Nierpatiënten en mensen die weinig weerstand hebben door ziekte of een medische behandeling (bijvoorbeeld mensen met kanker die een chemokuur krijgen): hun lichaam is kwetsbaar, waardoor de gevolgen van griep ernstiger kunnen zijn.
  • Mensen van 60 jaar en ouder: zij lopen wat meer risico op complicaties. Complicaties zijn bijvoorbeeld een longontsteking of uitdroging door de griep.

Adviezen bij griep

Probeer besmetting van uzelf en anderen te voorkomen:

  • Raak zo min mogelijk uw neus en mond aan.
  • Bedek uw neus en mond als u moet hoesten of niezen.
  • Gebruik bij voorkeur papieren zakdoekjes en gooi deze weg na één keer gebruik. Was regelmatig uw handen met water en zeep.

Bij griep is het goed om rust te nemen. U hoeft niet in bed te blijven, maar lichamelijke inspanning kunt u beter vermijden. U voelt zelf aan of u rust nodig heeft.

Andere adviezen zijn:

  • Drink voldoende. Bij hoge koorts zweet u veel. Hierdoor verliest u veel vocht. Zorg daarom dat u veel drinkt om het vochtverlies in uw lichaam aan te vullen.
  • Voorkom afkoeling als u naar buiten gaat: kleed u op het weer.

Medicijnen bij griep

Tegen koorts en pijn kunt u bijvoorbeeld paracetamol (=dafalgan/algostase/panadol ….) nemen. Vor volwssenen bedraagt de osis 4 x 1 gram per dag.

Er zijn geen geneesmiddelen die de griep kunnen genezen. Antibiotica helpen niet tegen de griep. Antibiotica werken namelijk alleen tegen bacteriën en niet tegen virussen (en griep wordt door een virus veroorzaakt).

Er zijn middelen die ervoor zorgen dat de griep wat korter duurt en dat de verschijnselen minder heftig zijn. Deze middelen heten virusremmers. Bij mensen die verder gezond zijn hebben ze nauwelijks enig effect. Ze worden daarom alleen bij uitzondering gebruikt als mensen heel weinig afweer hebben, bijvoorbeeld mensen die besmet zijn met HIV of die medicijnen gebruiken die de afweer verlagen.

Wanneer contact opnemen bij griep?

Soms gaat griep niet vanzelf over. Er kunnen andere ziekten bijkomen die wél behandeld moeten worden, zoals longontsteking.

Als een kind griep heeft

Neem contact op met uw huisarts als uw kind griep en koorts heeft. Bij een kind jonger dan 2 jaar, belt u dezelfde dag uw huisarts. Als uw kind ouder is dan 2 jaar, belt u als de koorts 3 dagen aanhoudt.

Als een volwassene griep heeft

Neem contact op met uw huisarts, als u griep heeft en:

  • u kortademig wordt;
  • er opvallend veel slijm loskomt bij het hoesten;
  • u suf wordt;
  • u heel weinig drinkt of plast;
  • de koorts langer dan vijf dagen aanhoudt;
  • u opnieuw koorts krijgt nadat u een paar dagen koortsvrij bent geweest.

Mensen uit een risicogroep kunnen altijd contact met de eigen huisarts opnemen als ze denken dat ze griep hebben.

Bron: Gebaseerd op de NHG Patiëntenbrieven